In totaal doen ongeveer 300 voorschoolse voorzieningen (peuterscholen en kinderdagverblijven) in Nederland mee aan dit onderzoek. In totaal zullen er ongeveer 2000 kinderen mee doen aan dit onderzoek. Bij al deze kinderen komen we een keer langs als het bijna naar school gaat, en dus bijna vier jaar oud is. Bij de meeste kinderen komen we al eerder thuis langs, namelijk rond de tijd dat het kind ongeveer tweeënhalf jaar oud is.
In EVENING worden grofweg drie groepen kinderen gevolgd:
- Kinderen die vóór de wettelijke invoering van (een van) beide maatregelen naar de basisschool gaan. In enkele gemeenten hebben deze kinderen al een aanbod van 12 en soms al van 14 uur VE per week gehad, maar in veel gemeenten hebben zij het standaardaanbod van 10 uur gehad.
- Kinderen die vóór de wettelijke invoering van (een van) beide maatregelen beginnen met deelname aan de voorschoolse opvang en die uitstromen naar de basisschool nadat de maatregelen. Deze kinderen maken dus de overgang mee van het oude naar het nieuwe beleid. Bij deze kinderen meten we de ontwikkeling twee keer: wanneer ze ongeveer tweeëneenhalf jaar oud zijn en vlak voordat ze instromen in het basisonderwijs, wanneer ze bijna vier jaar oud zijn.
- Kinderen die beginnen met deelname aan voorschoolse opvang nadat (een van) beide maatregelen wettelijk zijn ingevoerd. Deze kinderen komen dus in groepen waar zij al van begin af aan het 16 uren aanbod krijgen en/of waar een pedagogisch beleidsmedewerker werkzaam is. De ontwikkeling van deze kinderen meten we ook twee keer: wanneer ze ongeveer tweeëneenhalf jaar oud zijn en vlak voordat ze instromen in het basisonderwijs, wanneer ze bijna vier oud zijn.